
Schrijfster Roxane van Iperen verhuist samen met haar gezin naar een oude villa in de bossen van Naarden. Tijdens de verbouwing ontdekt ze intrigerende sporen uit het verleden. Onder de houten vloer en achter wandpanelen stuit ze op schuilplaatsen en verzetskrantjes. Zo begint een jarenlange zoektocht om een reconstructie te maken van die periode. Ze komt erachter dat ’t Hooge Nest, dankzij twee Joodse zussen, een van de grootste onderduikadressen van Nederland was. Een veilige haven voor vele onderduikers, een doorvoerroute voor het verzet en een broedplaats voor cultuur.